dinsdag, mei 01, 2007

Zal ik komen

(Dagboekfrasen/2)

Opstappen in een stoet. Een eeuwigheid is het geleden. Er was een tijd dat ik er meer voor over had dan de man met de leesbril zich nu nog kan herinneren. Het liep storm in ons. Het liep storm in mij. Waar anderen graag teruggrijpen naar hun jeugd als naar de jaren van de baldadigheid koester ik in mij de jaren van het onderscheid. In een dorp vol geprevel en prelaten schreef ik geschiedenis. Mijn geschiedenis. Een jongen van de buiten die overliep naar de rooien. Niets wijst zoveel jaren later uit dat daarvoor geen reden was. Sociale afbraak, extreem rechts, opwarming… De wereld is niet veranderd. Al doet men graag alsof. Vaak zij van wie je het niet verwachten zou. Op één mei zie je nog zelden metsers in de stoeten lopen. Liever bouwen ze aan hun eigen woning. Of aan die van hun kinderen. Voor elk kind een huis. Mét dubbele garage en een wintersauna in de tuin. Op dure verkavelingen, woonerven zonder einder. Enkel nog gelovend in wat ze kunnen zien. Stenen en hun eigen handen. Anno nu. Zelf leg ik al evenmin nog veel afstand af om in een stoet te lopen. Heimwee naar wat is geweest heb ik niet. Ik ben een gelovige zonder kerk geworden. Maar ik weet, diep in mij weet ik dat er niet veel nodig is. Als men mij roept ben ik bereid om op te stappen… Als men mij roept zal ik komen.


Uit: “De man met de leesbril”. Dagboekfrasen (2).
Ill.: 1 mei poster, Rusland 1920


Labels: ,

2 Comments:

At 8/5/07 11:31 p.m., Blogger pascal digital said...

En ik trof mijzelf warempel aan op een 1 mei-barbecue! Stel je voor! Dag, Paul!

 
At 10/5/07 7:28 a.m., Anonymous Anoniem said...

Ja, we worden vreemde, milde wezens op de duur... Maar voor de rest gaat natuurlijk wel alles goed...

 

Een reactie posten

<< Home