zaterdag, april 22, 2006

Machinerie (Citaat/Citaten)

Aan een windmeter heb je niets als de wind hem wegwaait. Dijken hebben een bepaalde hoogte. Kinderen kruipen onder de dekens en luisteren huiverend en geborgen naar de gierende wind, het gekraak van takken, het gerammel op het dak en het her en der neerkinkelen van dakpannen op straat. Verwoed rukt de wind aan deuren, loeit tussen tochtstrips, laat ramen in hun sponningen trillen. Het huis lijkt er steviger, vastberadener van te worden. Tot het dak er afvliegt en het kind de witte volle maan recht boven zich in de zwarte nachthemel ziet staan, als het oog van een cycloop. Plotseling is alle bescherming verdwenen. Het begint om zijn ouders te roepen, die misschien al verdwenen zijn, meegesleurd door de opstekende storm, het duistere water in. Een roze babydekentje wegdeinend op de golven. En daarboven de ronddraaiende onverschillige machinerie van het heelal.

BernlefDe onzichtbare jongen – Em.Querido’s Uitgeverij BV – vierde druk 2006 – pag. 93

Harry Mulisch, Hugo Claus, Cees Nooteboom, Hella S. Haasse… Geef die Nobelprijs voor literatuur een volgende keer toch gewoon aan J. Bernlef !!!

Rubrieken: Citaat/Citaten & Literair logboek

2 Comments:

At 24/4/06 10:46 a.m., Anonymous Anoniem said...

Ik heb nog nooit een boek van Bernlef gelezen. Daar moet eens verandering in komen.

 
At 27/4/06 12:45 p.m., Anonymous Anoniem said...

Bernlef is al vele jaren een van mijn favoriete schrijvers. Lezen die handel!

 

Een reactie posten

<< Home